Vlaamse ouderenzorg legt focus op thuiszorg

Vlaamse ouderenzorg legt focus op thuiszorg

 Jo Vandeurzen (CD&V)

De Vlaamse regering keurde vrijdag de conceptnota van minister voor Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) goed. Daarin geeft hij aan hoe de ouderenzorg zich moet ontwikkelen, op korte- en op lange termijn. Het centrale begrip is de “integrale zorg op maat” waarbij mensen zo lang mogelijk thuisblijven.

Als gevolg van de zesde staatshervorming kan de Vlaamse overheid een eigen ouderenzorgbeleid gaan uittekenen. Dat is nodig, want het aantal oudere Vlamingen neemt toe, en ze leven ook langer. Hoewel de meeste mensen lang gezond blijven, groeit het aantal zorgvragen op hogere leeftijd dus.

Thuisblijven

Het gemakkelijke antwoord is de bouw van nog meer woonzorgcentra. Maar dat is volgens minister Jo Vandeurzen niet het juiste antwoord. Wegens de simpele reden dat de Vlaming het liefst zolang mogelijk thuis blijft wonen. Ook wordt die Vlaming alsmaar mondiger, wat maakt dat hij de regie van de zorg die hij nodig heeft liefst in eigen handen houdt.

De technologische evoluties, denk aan apps, maken dit mogelijk. Op voorwaarde dat iemand ook kan terugvallen op een uitgebreid netwerk met verschillende vormen van thuiszorg, stelt Vandeurzen. Daar wil hij met zijn conceptnota voor zorgen. Dan gaat het bijvoorbeeld over iets heel eenvoudig als poetshulp, maar uiteraard ook over thuisverpleging. Dat laatste is zoals aangehaald een federale materie, waardoor een goede afstemming nodig zal zijn tussen het Vlaamse ouderenzorgbeleid en het federale gezondheidsbeleid.

Om te weten welke zorg een bepaalde persoon nodig heeft, plant Jo Vandeurzen trouwens een ‘geïntegreerd indicatie-instrument’ waarvan het resultaat automatisch leidt tot bepaalde rechten. Nu zijn er nog vijf verschillende schalen om te beoordelen welke hulp iemand kan krijgen.

Kleine woonzorgcentra

Een en ander betekent niet dat er geen bijkomende woonzorgcentra nodig zijn, zegt minister Vandeurzen. Maar door de nadruk op thuiszorg te leggen, zullen het er minder zijn dan eerst gedacht. Bovendien denkt de minister aan eerder kleinschalige woonzorgcentra, ingebed in woonwijken. Ouderen moeten er terechtkunnen voor een lang verblijf, maar ook voor dagopvang en een kort verblijf, bijvoorbeeld wanneer de mantelzorger even met vakantie is. Zo’n kleinschalig woonzorgcentrum kan ook dienen voor de eerste opvang van de omwonende ouderen wanneer die een probleem hebben. Dat alles houdt in dat de ruimtelijke planning van de kleinschalige woonzorgcentra erg belangrijk is en dat rond de centra best serviceflats en aangepaste woningen voor oudere personen voorzien worden.

De uitwerking van de conceptnota kan pas na de definitieve goedkeuring door de Vlaamse regering op het terrein beginnen. In de nota worden in dat verband acties op korte en langere termijn naar voren geschoven.

Bron: Het Belang van Limburg 06-07 feb 2016